“Heeft hij geen broertje of zusje?“
Voor ik de diagnose kreeg wist ik niet dat ik moeder wilde worden. Dit gevoel veranderde sterk na de diagnose. Na veel praten met mijn partner en later de neuroloog besloten we ervoor te gaan en had ik het geluk dat ik snel zwanger was. Nog geen 2,5 jaar na de diagnose mochten wij onze zoon verwelkomen. De bevalling was lang en zwaar voor mijn lijf, maar mijn zoon maakte alles goed. Moeder worden heeft mij positief veranderd als persoon en oprecht zo veel geluk gebracht. Het is zo cliché maar waar.Â
Waar liefde zich vermenigvuldigt volgen er meestal meer. Om mij heen zag ik na 2 jaar veel mensen weer zwanger worden. Bij ons was dat een stukje meer ingewikkeld. De MS was sterk aanwezig en werken ging niet meer. Ik zat in een traject om te worden afgekeurd, verloor in korte tijd beide schoonouders en moest ook nog de strijd aangaan met de gemeente om een SMI te krijgen om mijn zoon op de opvang te kunnen houden om de balans te kunnen behouden en rustmomenten in te bouwen. De liefde van onze zoon was overweldigend en mooi, maar die periode was daardoor ook zwaar. Zeker zonder groot netwerk om ons kind overdag op te vangen als het niet ging, vonden wij het lastig om hier onze weg in te vinden als jong gezin. De wens voor nog een kindje bleef wel, maar het gevoel dat ik het lichamelijk niet zou trekken voerde de boventoon, ook hoe wij dit praktisch zouden oplossen bleef een puzzel die wij niet opgelost kregen. De instelling “we zien het wel” zit er bij ons beiden niet in. Het gevoel groeide dan ook dat een tweede kindje er niet in zat.Â
Naar mate mijn zoon ouder werd en bijna school ging zag hij steeds vaker wat het betekent om wel broertje of zusje te hebben. En gaf steeds vaker aan dat ook te willen. Dat maakte het gevoel nog lastiger. Wat gunde ik hem die liefde ook, maar hoe deed ik dat zonder aan mezelf voorbij te gaan? Onze situatie was niet veranderd, dus bleven we bij de beslissing om het niet te doen. Ik worstelde er wel heel vaak in mijn hoofd mee. Enig kind met een chronisch zieke moeder, het voelde als een last die ik op zijn schouders had gelegd. Een zware last die hij nu en in de toekomst niet zou kunnen delen met een broer of zus. Dat heeft zeker lange tijd een schuldgevoel bij mij bezorgd.
Toen hij eenmaal naar school ging kwamen er in het begin van andere kinderen en ouders vragen; en heeft hij nog een broertje of zusje? Dat kon soms best lastig zijn. Maar door het vaste ritme en meer tijd voor mezelf kwam er ook zo meer rust en balans. Ik kreeg meer ruimte om met mezelf aan de slag te gaan. Die tijd heb ik ook daadwerkelijk gebruikt om aan mezelf te werken. Ondanks dat ik al jaren de diagnose had, heb ik toen pas tijd gehad of gemaakt om de diagnose, en alles wat het met zich meebrengt, te accepteren. Het heeft een plek gekregen. Net als bij het ouderschap, we hebben 1 kind, die inmiddels 7 is, en zijn daarmee compleet en gelukkig!Â
Ik ben nu de moeder die voor hem het voorbeeld is dat je voor jezelf moet zorgen, voor je grenzen mag waken en nee ook een antwoord uit zelfzorg en je je niet hoeft te schamen als je leeft met beperkingen door welke reden dan ook. Misschien nog wel belangrijker ben ik de moeder die iedere dag voor hem op het schoolplein staat, kan helpen op school en er altijd voor hem kan zijn. Ik ben er 100% voor hem en geef als het moet al mijn energie om hem gelukkig te zien. Ik hoop dat hij straks terug kijkt met een fijn gevoel op zijn kindertijd, als enig kind!Â